NET-SCHRIFT

JEUGDBOEKEN

Op weg naar volwassen

Veronica Hazelhoff heeft de gave om in haar boeken een bijna 'gewone' kinderwereld op te roepen, waarin langzamerhand bepaalde gebeurtenissen een diepe, emotionele lading krijgen. Zo ook in Niks gehoord, niks gezien. In een prentenboek waaraan de vader van River werkt, komt opeens háár nieuwe vriend Walt voor. Dat vindt ze niet leuk. Ze wordt er zelfs bang van. Uit de crisis die het gevolg is, komen River en Walt rijper en wijzer tevoorschijn. Uiteraard. In ieder jeugdboek ondergaan de kind-hoofdpersonen de initiatie van kind naar volwassenheid. Voor 10 jaar e.o.

Veronica Hazelhoff : Niks gehoord, niks gezien. Querido's Uitgeverij, Amsterdam, 1997. ISBN 9021465663. Geb. ƒ 22,90.

Aids

Op verzoek van het Wilhelmina Kinderziekenhuis en de Pieter Clement Stichting schreef Anke Kranendonk het, voor zover ik weet eerste, kinderboek waarin aids een hoofdrol speelt: Hoe gaat het? Goed. Hoofdpersoon Don is een branie op het skateboard. Samen met andere kinderen oefent hij bij de half-pipe om nieuwe technieken en stunts onder de knie te krijgen. Maar hij moet vaak afwezig zijn. Ziek. Don heeft aids. Bij zo'n onderwerp ligt het monster van de clichés op de loer, maar in de eenvoudige dialogen met korte tot zeer korte zinnetjes vol ingehouden maar herkenbare emoties heeft Kranendonk die clichés vermeden. Ook een ziekbed met valse sentimenten komt er niet in voor. Het boek eindigt open: Hoe gaat het? Goed. Voor 7 jaar e.o.

Anke Kranendonk : Hoe gaat het? Goed. Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 1997. ISBN 9056371045. Geb. ƒ 19,50.

Techniek enzo

Hoe leg je 'techniek' uit aan kinderen? Laat dat maar aan Wouter Klootwijk over! Zo: 'Containers?' 'Dat zijn dozen. Hele grote dozen. Je kan erin wonen zo groot. Ze doen er van alles in en dan worden ze op een schip gehesen.' 'Hoe groot is zo'n doos dan?' vraagt Roos. 'Veertig voet,' zegt Gert. 'Wat zeg je?' Gert grijnst. 'Zo heet dat. Veertig voet, en een kleintje is twintig voet. Nou ja, een kleintje, daar kan je ook nog in wonen. Maar niet met z'n tweeën.'

Klootwijk viert zijn fantasie bot in Mogen wij u ophijsen, mevrouw?, geschreven in opdracht van de Stuurgroep Techniek Primair Onderwijs. Hoofdpersoon Roos woont op het platteland. De vader van haar vriendje Gert werkt in de haven. Twee werelden van techniek raken elkaar. Dat levert een amusant verhaal op, dat ook nog uitlegt wat 'techniek' is. Hefboom, hijskracht, evenwicht, gewicht, techniek is gewoon knutselen. En de directeur van zo'n technisch bedrijf? Gert: Ik geloof dat die belangrijk moet zijn. Roos is tevreden. Ik ook. En de complimenten voor de schitterende illustraties van Philip Hopman.

Wouter Klootwijk : Mogen wij u ophijsen, mevrouw? Uitgeverij Leopold, Amsterdam, 1997. ISBN 9025839843. Geb. ƒ 24,90.

Echt gebeurd?

Een heel bijzonder boek -zowel in tekst als in illustraties- is Misschien wel echt gebeurd, een titel die door niemand anders dan door Annie M.G. Schmidt aan haar sprookjes gegeven had kunnen worden. Tine van Buul en Reinold Kuipers maakten in samenwerking met Annie Schmidt in haar laatste levensjaren een definitieve keuze van 43 sprookjes en verhalen uit al haar korte proza voor de jonge jeugd. Haar geestelijke vitaliteit, rijke fantasie en stilistisch vermogen doen kinderen (en volwassenen!) nog steeds rillen van genot.

Misschien is het meest unieke van Annie Schmidt dat zij 'de wereld' overzichtelijk heeft gemaakt met de middelen van een kinderboek. Bijvoorbeeld in De rechter en zijn toverhoed. Als de rechter zijn hoed opzette, was hij opeens olijk en jolig en kwajongensachtig. "Toen liep hij dansend het huis uit en holde opgewekt naar de rechtszaal waar alle raadsheren en advocaten plechtig zaten te wachten in hun zwarte toga's en waar de oude dief angstig op zijn strafbankje zat." De verhalen zijn geïllustreerd door de twintig tekenaars die de afgelopen vijfentwintig jaar een Gouden Griffel wonnen, inclusief Fiep Westendorp met het Oeuvre Penseel. Voor kinderen van 8 tot 80 jaar.

Nog bijzonderder is dat de verhalen geïllustreerd zijn door de 19 Gouden Penseel-winnaars van de afgelopen 25 jaar. Eén moet hier speciaal genoemd worden: Fiep Westendorp, de geniale 'huisschilder' van Annie M.G.Schmidt. Die stijl, die humor, die... alles.

Annie M.G.Schmidt : Misschien wel echt gebeurd. Querido's Uitgeverij, Amsterdam, 1997. ISBN 9021480948. Geb. ƒ 49,50.

Water als vijand en bondgenoot

De stem van het water (die in alle gewesten met zijn eeuwige rampen gevreesd en gehoord wordt, Marsman) klinkt misschien wel het hardst op Marken. Voor Lydia Rood, die zelf op Marken woont, vormde die stem de inspiratie voor een meeslepend jeugdboek over Marken's geschiedenis aan het begin van deze eeuw en die sterk verbonden is met het water. Voor de een is het de bondgenoot bij de dagelijkse broodwinning of bij het bestrijden van een brand. Voor de ander is het water de vijand die bij overstromingen soms mensenlevens eist. Die twee verstandhoudingen met het water heeft Rood gepersonifieerd in het gezin Schipper. Vader Muus is na een bijna-verdrinking zijn hele leven al bang. Voor de kinderen, tweeling Sijmen en Tijme, is het water bondgenoot en later een vijand om te bestrijden. Het inlevingsvermogen van Lydia Rood heeft een beeldend boek opgeleverd. De stem van het water is het zesde deel in de serie Spannende tijden, dat mooie initiatief van Kunst en Cultuur Noord-Holland en de provincie Noord-Holland.

Lydia Rood : De stem van het water. Uitgeverij Leopold, Amsterdam, 1997. ISBN 9025843603, geb. ƒ 27,50.

Deter rijmt op beter

De tekening van Gerda Dendooven op de voorkant van Dokter Deter, het zoveelste jeugdboek van Querido's topauteur Toon Tellegen, is een studie waard. Dokter Deter houdt een patiënte ondersteboven en duwt haar hoofd in een emmer. Een oorpijn- en een rugpatiënt komen net aanlopen. De onconventionele omgang van dokter Deter met zijn patiënten is eigenlijk te gek voor woorden, maar Toon Tellegen, in het dagelijks leven arts (!), bakt er een schitterend verhaal van. Geneeswijzen worden niet verklapt, het geheim van de smid tenslotte, we komen alleen te weten dat dokter Deter honderden patiënten per dag geneest. Pijnpatiënten verlaten zijn spreekuur met een wit doosje in de hand, waarin de pijn zit. Voor zieken met koorts heeft hij een koortszuiger. Deters knecht stopt alle oorontstekingen van kinderen in een kist. Er kunnen er ongeveer tachtig in. Deter kan alles genezen, behalve ziekten van de ziel, zoals domheid en verdriet. Die zijn voor dokter Wom, die altijd vraagt naar het waarom. De werkelijkheid wordt niet vergroot of belachelijk gemaakt, nee, Tellegen schept een nieuwe, komische werkelijkheid. Intussen zitten alle (nou ja, bijna alle) vragen over medisch-ethisch handelen tussen de regels verstopt. Als Deter zegt: "Alles is een ziekte, soms.", stemt dat tot nadenken. De grote kleur-illustraties van Dendooven dragen mooi bij aan de hilarisch-ernstige stemming. Voor alle leeftijden.

Toon Tellegen : Dokter Deter. Querido's Uitgeverij, Amsterdam, 1997. ISBN 9021483637. Geb. ƒ 29,90.

Negentien avonturen

In het mooi gebonden boek Geen ogenblik bang geweest zette Uitgeverij De Bezige Bij 19 verhalen bij elkaar van min of meer gerenommeerde auteurs en van beginnende schrijvers die meededen aan een verhalenwedstrijd. Opvallend is het kleine verschil in vertelkwaliteit tussen die twee groepen. Wie bij welke groep hoort is niet helemaal duidelijk, want auteursinformatie ontbreekt. Een sublieme uitspringer is evenwel Sjoerd Kuyper met De wensen van Gajes. "Er liep eens een man naar het westen. Hij kwam dus uit het oosten. Nogal logisch. Want als je uit het oosten naar het noorden loopt, dan kom je niet uit het oosten, dan kom je uit het zuiden." Gajes mag van de door hem uit zee geredde glazen man drie wensen doen. Zijn derde wens wordt hem op een wel heel originele manier fataal. Het verhaal is een mengeling van sprookje, sage en legende, zonder dat een of andere moraal afbreuk doet aan de kwaliteit. Door de lengte zijn de 19 avonturen geschikt om voor te lezen aan kinderen van 9 jaar e.o.

Denis Henriquez e.a. : Geen ogenblik bang geweest. Uitgeverij De Bezige Bij, Amsterdam, 1997. ISBN 9023481429. Geb. ƒ 29,50.

Leven in de stadsjungle

"Op het busstation in het centrum van Rio de Janeiro stond een kleine jongen verdwaasd om zich heen te kijken. De geluiden gonsden in zijn oren en de mensen krioelden door elkaar als mieren. Dat het busstation enorm zou zijn had hij wel verwacht, maar zo... Zijn knieën trilden, zijn keel was droog." Ger Bauritius zet in Stad zonder tanden in de eerste alinea de sporen van zijn verhaal uit. Een klassiek verhaal met een verwachtingsvol begin, een herkenbare hoofdpersoon en een beeldende sfeer. Samuel heeft na de dood van zijn moeder zijn gehucht in de binnenlanden van Brazilië verlaten en gaat in Rio de Janeiro op zoek naar zijn vader. Het Vater-sucher-motief gesitueerd in een miljoenenstad. Hij moet hem herkennen aan de hand van een tekst op zijn Volkswagenbus en een deuk in de bumper. Samuel komt in aanraking met een groepje dakloze boefjes van Rio, dat net als hij moet overleven in een vijandige omgeving waar de wetten van de stadsjungle regeren. Het onverwachte einde is minder suikerzoet dan Samuel (en misschien de lezer) zou wensen. Bauritius (Harlingen, 1950) kent door een jarenlang verblijf in Brazilië land en bewoners goed. De sfeer aldaar oproepen is een kunst die hij beheerst. Voor 11 jaar e.o.

Ger Bauritius : Stad zonder tanden. Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 1997. ISBN 9025107796. Geb. ƒ 26,50.

Gebroken vriendschap

Schuld en verdriet zijn de thema's van het jeugdboek In het gras en over het ijs, geschreven door Rob Thonen. Fauve van acht brengt een winterse kerstvakantie door met vriendin Iris. De band tussen haar en Iris' jongere broertje Pepijn wordt steeds hechter. Samen bedenken ze eenvoudig kattenkwaad, praten over alles wat kinderen bezighoudt en fantaseren over de toekomst. Tijdens een van die momenten laat ze Pepijn min of meer in de steek om te vluchten voor Enge Harrie. Later hoort ze dat Pepijn door het ijs is gezakt en verdronken. Schuldgevoelens steken de kop op. "Wie schreeuwde dat ze moesten vluchten? Was zíj dat niet? Als zij niet bang was geweest, was er óók niets gebeurd. Was het dan haar schuld? Onzin. Als, als, als... Zo kon je alles en iedereen de schuld geven." Ondanks deze 'zware' motieven is het geen droevig boek geworden, o.a. door de licht-geestige verteltrant. De tekeningen van Annet Schaap dragen mede daaraan bij. Voor kinderen vanaf 8 jaar.

Rob Thonen : In het gras en over het ijs. Uitgeverij Holland, Haarlem, 1997. ISBN 9025107796. Geb. ƒ 22,90.

Sprookjes-lexicon

De annexatie van sprookjes door de industrie die Disney heet, kwam vooral tot uiting als bewerkingen in boeken en films. Hartstochtelijke sprookjes-puristen hebben die varianten vooral uit pedagogische motieven neergesabeld. Ten onrechte, zo blijkt uit het sprookjes-naslagwerk Van Aladdin tot Zwaan kleef aan, samengesteld door Ton Dekker, Jurjen van der Kooi en Theo Meder, medewerkers van het P.J.Meertens-Instituut in Amsterdam en het Neder-Saksisch Instituut van de Universiteit van Groningen. Een sprookje als De kikkerkoning, volgens de gebroeders Grimm een van de alleroudste en allermooiste sprookjes uit hun verzameling, kregen zij in 1810 toegestuurd uit Kassel. Het is bekend dat de broers voortdurend aan de teksten schaafden, totdat een glanzende eindversie kon worden afgeleverd. In dit boek wijdt Jurjen van der Kooi maar liefst 3 bladzijden aan alle kennis die er over dit sprookje voor handen is, inclusief alle variaties, toevoegingen, weglatingen, enz.

Van Aladdin tot Zwaan kleef aan geeft eerst een ruime samenvatting van ongeveer 140 sprookjes en beschrijft daarna de geschiedenis, verspreiding en interpretatie. Natuurlijk is de selectie beperkt gebleven tot verhalen die hier te lande de meeste bekendheid genieten. Vooral uit de verzamelingen van Charles Perrault en de gebroeders Grimm is geput. Over de keuze kan men altijd twisten. De inleiding is een toonbeeld van volkenkundige informatie voor een breed publiek. Ontstaan, structuur, geschiedenis, thema's, motieven, verhaalfiguren, biografische informatie en psychologische interpretatie, de drie heren hebben werkelijk niets nagelaten om het sprookje weer bovenaan de lijst van 'lekkere literatuur' te plaatsen.

Dekker, Van der Kooi en Meder : Van Aladdin tot Zwaan kleef aan. Uitgeverij Sun, Nijmegen, 1997. ISBN 906168613X. Ing. 478 blz. ƒ 49,50.

Filosofie voor kinderen

Jostein Gaarder is de terecht omhooggeschoten auteur van het filosofische handboek voor kinderen De wereld van Sofie (1994). Nu verscheen zijn Klein Filosofisch boek Hallo, is daar iemand?, geïllustreerd met prachtige, intrigerende tekeningen van Angela de Vrede. In de vorm van een lange brief vertelt oom Joachim aan zijn nichtje Camilla zijn avonturen met Mika 'uit de ruimte'. Ondertussen raakt Gaarder (bijna) alle onderwerpen die het overdenken waard zijn: geboorte, hemel, natuur, taal, leven en dood. Gaarder gaat niet door de knieën om op kleuterniveau filosofische vraagstukken uit te leggen. Eigenlijk legt hij weinig uit, maar hij weeft essentiële onderwerpen, meestal in vragende vorm ('Waar komt de wereld vandaan?), door een vertelling die uit het leven gegrepen is. Behalve Mika dan. Of hij ook? Voor nieuwsgierige kinderen van 12 jaar e.o.

Jostein Gaarder : Hallo, is daar iemand? Uitgeverij Querido, Amsterdam, 1997. ISBN 9021483637. Geb. ƒ 32,50.

Malle Matty

Het eerste dat opvalt in Malle Matty is zo gek zijn de tekeningen van The Tjong King. Ieder hoofdstuk opent met een uit enkele lijnen en een paar vegen opgebouwde vogel die een paar kruimels oppikt, daar ongetwijfeld neergelegd door Matty, hoofdpersoon in Bies van Ede's jeugdboek. Matty is 'anders' dan andere kinderen, langzamer, slordiger. Ze wordt naar school gebracht en opgehaald met een schoolbusje. Matty merkt heus wel dat ze ook 'anders' behandeld wordt, vertederend door de kapper, vernederd door anderen, gepest door haar leeftijdgenootjes. Om de tegenstelling met Matty te vergroten heeft Van Ede van haar moeder een danseres gemaakt en van de vogels haar vriendjes. Vooral met die ene, de zwarte ooievaar met wie ze vriendschap sluit. Zij kennen een vrijheid die Matty niet kent. Totdat ze ontdekt dat ook de piano een grote vriend kan zijn. Van Ede's Matty is een warm-gevoelig boek over een 'aparteling', een gehandicapt eendje dat –cliché of niet- een… nee, dat laat Van Ede in het midden. Voor 10 jaar en ouder.

Bies van Ede : Malle Matty is zo gek. Uitgeverij Leopold, Amsterdam, 1997. ISBN 9025833675. Geb. ƒ 24,90.

Rauw achter de bergen

Een beter leven, dat is de grootste wens van de ouderloze Joshua, die bij zijn treiterige oom Frank op de theeplantage moet ploeteren. Dromend staart hij naar de Blauwe Bergen. Daarachter moest een land liggen "met groene heuvels vol geurige koffieplanten, met kleine dorpjes in de dalen en natuurlijk met de bruine Loeghi-rivier." Als hij zijn kans schoon ziet, vlucht hij met zijn kleine zusje Rose naar zijn Droom-land. Dat hij van de ene rottigheid in de andere desillusie terechtkomt, kennen we uit heel veel andere initiatieverhalen die zich in de Derde Wereld afspelen. Samen met tientallen andere jongens graait hij troosteloos en hopeloos in enorme afvalhopen op zoek naar wat verkoopbaar afval-plastic. Er is geen happy-end. Of toch: vriendschap met Nelson, en de Hoop op een beter leven. Voor 10 jaar e.o.

Hilly Delfsma : Achter de Blauwe Bergen. Uitgeverij Ploegsma, Amsterdam, 1998. ISBN 902161460X. Geb. ƒ 24,90.

Whodunit voor de jeugd

Tijdens haar vakantie bij haar tante ziet Evie in het korte moment van een bliksemflits iets bij de waterkant bewegen. "Tegen de achtergrond van het glinsterende water was duidelijk te zien dat iemand iets zwaars de steiger opsleepte." Lekker spannend, vooral als er een moord in de haven plaatsvindt. Even verderop woont Kees met zijn moeder op een woonboot. Samen met hem speuren ze naar de dader. In het diepste geheim van Elisabeth Mollema is een weinig originele whodunit voor de jeugd. Maar die wil misschien na de tv en video-games ook wel eens gewoon spanning op papier. De tekeningen zijn van Alice Hoogstad. Voor 10 jaar e.o.

Elisabeth Mollema : In het diepste geheim. Uitgeverij Van Holkema & Warendorf, Houten, 1997. ISBN 9026990243. Geb. ƒ 24,90.

Drie heiligenlevens

Hoe zat het ook al weer met de mantal van Martinus van Tours, oftewel Sint Maarten? En met de wonderen van Nicolaas van Myra, oftewel Sint Nicolaas? En met de visioenen van Hildegard van Bingen? Bij Uitgeverij Averbode/Gooi en Sticht verschenen hun biografieën voor kinderen. Grote tekeningen van Renate Fuhrmann, heldere tekst van Josef Quadflieg. "Hildegard was de jongste van tien kinderen. Haar broers en zussen waren vrolijk en gezond, en deden niets liever dan stoeien met de jachthonden en de paarden. Maar de kleine Hildegard was zwak en ziekelijk." Quadflieg vertelt hun levens en hun bijzondere werken bijna zonder enige opsmuk. Natuurlijk worden ze de hemel in geprezen. Daarvoor zijn het heiligen. Daarvoor is het signatuur van de uitgever rooms-katholiek. Alleen in de epiloog van Hildegard komt het wijsvingertje van meneer pastoor toch nog om de hoek, inclusief de taalfout: Misschien kun jij ook zo'n eenvoudige dingen doen, waardoor je een heel bijzonder iemand wordt voor andere mensenl" Een opmerking die in de lucht blijft hangen.

Hildegard van Bingen. ISBN 9030409061. Geb. ƒ 28,00.
Nicolaas van Myra. ISBN 9030408278. Geb. ƒ 14,90.
Martinus van Tours. ISBN 903040826X. Geb. ƒ 14,90.

Leve de koningin

De film uit 1995 (nu ook op video) zal het me niet kwalijk nemen als ik het gelijknamige boek eerst noem: Lang leve de koningin , geschreven door Esmé Lammers, kleindochter van schaakgrootmeester Max Euwe. Het verhaal, met tekeningen van Annemarie van Haeringen, opent met deze sprookjesachtige zin: Dit verhaal gaat over een meisje, Sara, en een koningin. Geen gewone zoals onze koningin of de koningin van Engeland, maar een schaakkoningin. Misschien denk je nu dat die koningin erg saai en streng is, maar als je haar leert kennen weet je dat ze ontzettend lief is en wijs en dat ze ogen heeft die altijd lachen.

De achtjarige Sara (in de film Tiba Tossijn) kan op school niet zo goed meekomen (scheiding!). Een schoolvriendje leert haar de regels van het schaakspel. Ze wordt erdoor gegrepen en dan slaat haar fantasie op hol. In droomscènes komen de schaakstukken tot leven. De witte koningin (in de film Monique van der Ven) vindt als het ware het schaakspel uit. Net als in Euwe's instructieboek 'Oom Jan leert zijn neefje schaken' legt de koningin uit dat schaken een symbolische vorm van vechten is. Als Sara, ondertussen zeer bedreven in het spel, meedoet aan een simultaantoernooi tegen de Zuid-Afrikaanse grootmeester Bob Hooke ontdekt ze wie haar vader is.

Boek of film? In deze tijd van visualisering is een papieren uitgave met dezelfde inhoud een riskante onderneming. Boek en video bewijzen dat in dit geval de kunstvormen aan elkaar gewaagd zijn. Maar de film zal het me niet kwalijk nemen dat ik het boek ook weer als laatste noem. Want zolang er lezen is, is er hoop. Voor 10 jaar e.o.

Esmé Lammers : Lang leve de koningin. Uitgeverij Leopold, Amsterdam, 1997. ISBN 9025839886. Geb. ƒ 32,50.

Bevroren tijd

IJs bevindt zich zover het oog reikt. Kustlijnen zijn langgerekt'. De wind is straf. De mannen zitten zwijgzaam rondom het vuur. Dagen zijn eentonig en uitputtend. Als dan ook nog de naam Nova Zembla valt, hebben we zonder twijfel te maken met een jeugdboek over de mislukte reis van Barents en Heemskerck 'om de noord' in 1596.

Lineke Dijkzeul verdiepte zich voor Bevroren tijd in dit historische onderwerp, gebruikte o.a. het authentieke dagboek van Gerrit van der Veer, maakte zich de lastige scheepstermen eigen en bestudeerde de geografie ter plaatse. Haar vorige boeken leerden haar hoe je een spannend jeugdboek moet componeren. Doordat ze het perspectief bij het piepjonge bemanningslid Laurens legt, is identificatie mogelijk. Verhaaltechnisch en stilistisch loopt het boek soepel. Rauwe scènes, bijvoorbeeld die over de ijsberenjacht, gaat ze niet uit de weg. Het resultaat is 'gewoon' een spannend boek. Die paar clichés hier voornoemd nemen we dan maar voor lief. Originaliteit is niet altijd een eerste vereiste in jeugdboeken. Voor ca 12 jaar.

Lineke Dijkzeul : Bevroren tijd. Uitgeverij Lemniscaat, Rotterdam, 1998. ISBN 9056371258. Geb. ƒ 27,50.

Wat gebeurt er in Marokko?

Amrar is een tijdje christelijk geweest. Ik wist toen nog niet goed wat dat was, maar er hoorde een Europeaan bij die hem kwam ophalen in een mooie auto. Dus het leek me wel wat, christelijk zijn, als je daar een mooie auto bij kreeg en een Europeaan"

Als de tegenstelling tussen islam/derde wereld en christelijk/westeuropa pregnant verwoord moet worden, is het bovenstaande een schoolvoorbeeld, geciteerd uit Bezoekjaren, geschreven door het duo Joke van Leeuwen en Malika Blain. Hoofdpersoon Zima vertelt over haar dagelijks leven in Casablanca, over hoe ze woont en het dagelijks leven ervaart. Haar broer Amrar is de revolutionair in de familie, althans naar de maatstaven van de Marokkaanse heersers. Langzamerhand raakt hij betrokken bij de strijd voor democratische rechten. Totdat de politie hem oppakt en jarenlang gevangenhoudt. Intussen rijgen de jaren van Zima's 'gewone' leven zich aaneen, jaren waarin de problemen van Marokko niet worden opgelost en de weerstand tegen de onderdrukkers langzamerhand de vorm van serieus verzet aanneemt. De broer van Zima, Mehdi, treedt in de voetsporen van Amrar. Ook hij wordt opgepakt en vastgezet. Het zijn de 'bezoekjaren', want een enkele keer mag Amrar in de gevangenis zijn ouders, broers en zusters ontvangen, die daar prompt 'misbruik' van maken. De afloop is verrassender dan je van de sombere inhoud zou verwachten. De stijl is luchtiger dan het zware thema doet vermoeden. Voor ca 12 jaar.

Joke van Leeuwen & Malika Blain : Bezoekjaren. Querido's Uitgeverij, Amsterdam, 1998. ISBN 9021473313. Geb. ƒ 27,50.

Naar de eerste- , de tweede-, of de derde pagina van NET-SCHRIFT

Terug naar de Boekenrubriek